Elisabeth Moendi vertrok in 1867 op dertienjarige leeftijd als contractarbeider vanuit Calcutta naar Suriname. Ze trouwde er met een nakomeling van de oorspronkelijke bewoners. In 1883 werd Moendi samen met haar dochter Henriette geëxposeerd in Amsterdam op de wereldtentoonstelling. De Amsterdamse kunstenaar Nelson Carrilho ontdekte dat Elisabeth Moendi zijn overgrootmoeder was en maakte dit altaar voor haar. Het beeld in het midden, geïnspireerd op Afrikaanse vormen, heeft een kruis in het hoofd. Dat symboliseert hoe het eigen wezen van de Afrikanen vernietigd is door slavernij en kolonialisme. In die erkenning ligt ook de bevrijding.
“Dansen is beeldhouwen en beeldhouwen is dansen.”
– Nelson Carrilho
Voordat de Gouden Koets het Amsterdam Museum werd ingetakeld, wijdde beeldhouwer Nelson Carrilho de binnenplaats in met een rituele Afrikaanse dans, de Dance of Creation. De performance is een traditionele choreografie die laveert tussen mythes van creatie en destructie. De danser ondergaat een metamorfose van de moeder − die staat voor creatie − naar de zoon. Die staat aanvankelijk voor destructie, maar keert later in de ontwikkeling terug naar de moeder om zich weer te nestelen in de baarmoeder. Zo bereikt hij een staat van hoger bewustzijn en wordt hij een bron voor nieuwe creatie en reflectie.
*Met dank aan filmmaker Robin van Erven Dorens voor productie en regie van deze filmregistratie. *
Nelson Carrilho (Willemstad, Curaçao 1953) werkt al ruim dertig jaar als beeldhouwer. Zijn bronzen beelden staan op vele plekken in Nederland en Curaçao. Uit zijn werk spreekt maatschappelijke betrokkenheid. Bekend is bijvoorbeeld Mama Baranka in het Vondelpark, dat hij in 1984 maakte ter nagedachtenis aan Kerwin Duinmeijer, slachtoffer van een racistische moord.